GUDRUN WALTHER & ANDY CUTTING - CONVERSATIONS

Artiest info
Website
facebook
label: Galileo Music

foto @ Picasa

Het wordt stilaan een huizenhoog cliché, als je zegt dat muziek alle grenzen weet te overstijgen en net als alle andere clichés, bevat ook deze een heel flinke dosis waarachtigheid. Sta me toe, voor u zuchtend verder scrollt, even uit te leggen wat ik er hier en nu mee bedoel: we hebben hier te maken met twee mensen van duidelijk verschillende komaf, die in de muziek elkaar méér dan een klein beetje gevonden hebben. Zij is een Duitse violiste met een serieus verleden met CARA, en aan de zijde van Jürgen Treyz, de stichter van Deitsch. Talloze vragen voor gastoptredens kwamen en werden netjes door Gudrun gehonoreerd, of de vraag nu van de Ieren van Téada kwam of van sterviolist Daniel Hope. Gudrun werd dan ook meermaals bekroond, in Duitsland zowel als in het Verenigd Koninkrijk van partner-in-crime- Andy Cutting, melodeonspeler bij de gratie Gods.

Die mens kennen we dan alweer decennia lang, voornamelijk vanwege zijn rol in de geweldige band Blowzabella, maar net zo goed vanwege zijn samenwerkingen met Topette of met “onze” Anne Niepold en Roger Daltrey. De platen waar hij en zijn accordeon op voorkomen, zijn nauwelijks te tellen, maar als ik namen noem als Kate Rusby, June Tabor, Martin Simpson of John McCusker, bestrijk ik zowat de hele Britse folkscene van de voorbije veertig laar en jawel, telkens was Cutting daar bij betrokken, al beperkte hij zich niet tot die niche, want ook Sting, Dire Straits’ John Illsley en recent nog The Who deden een beroep op zijn ongeëvenaarde muzikaliteit.

Dat deze twee elkaar leerden kennen, hoeft niet echt te verbazen: zo immens groot is het folkwereldje in Europa nu ook weer niet en de festivals waar ze elkaar tegenkomen, zijn ook niet meteen met honderden te benoemen. En zo kwam het dat, bij een van de haast traditionele jamsessies die backstage bij dergelijke festivals horen,Walther en Cutting in de vroege jaren ’90 elkaar ontmoetten en later, telkens als de gelegenheid zich voordeed, samen muziek gingen maken. Ze hadden al snel begrepen dat hun beider muzikale bagage en afkomt wonderwel bijeen pasten, maar de eeuwige praktische bezwaren van twee aparte carrières en bijhorende agenda’s -al traden ze ook wel een samen op-, maakte dat het ruim dertig jaar duurde voor de plaat, waar ze al jaren op hintten, er ook effectief kwam. Nu is ze er dus: in juni van dit jaar en nadat de tournee die ze als duo gepland hadden, flink in de wielen gereden werd door Corona, kwamen beiden gedurende vier dagen bijeen in de Artes Studio in Esslingen bij Stuttgart en daar namen ze deze elf songs op, sommige in één take, andere na een kleine “groeiperiode”. Wat daarbij opvalt is dat hoewel sommige dingen nieuw geschreven werden en andere tot ruim driehonderd jaar oud zijn, alles klinkt alsof beide muzikanten al heel lang met deze liederen en dansen vertrouwd waren en zijn. Da’s typisch voor folkmuziek: dat beweegt, dat reist, dat ondergaat allerhande aanpassingen en variaties, maar aan het eind van de dag valt dat allemaal netjes op zijn pootjes. Dat kan alleen als de muzikanten elkaar vlekkeloos aanvoelen en, zoals de plaattitel aangeeft, met elkaar kunnen converseren. Dat lukte hier bijzonder goed en, of je nu een Duitse Polnisch of een Polonaise te horen krijgt, of het nu gaat om een nummer-met-een-herinnering-eraan, zoals “April Snow” dat van de hand van Walther is, dan wel “Greenfield House”, dat bedacht werd door Cutting…dit past allemaal zo mooi bij elkaar dat je alleen maar keer op keer en telkens weer met volle plezier deze ruim vijftig minuten herbeluistert. Iets zegt mij dat het duo ook bij ons te zien zal zijn in de komende maanden en, eerlijk is eerlijk: de dag dat ik dààr een aankondiging van zie, haast ik mij om tickets te bestellen.

(Dani Heyvaert)
releasedatum : 03/11/2023